Politieke besluitvorming

Om een land goed te kunnen besturen bedacht de verlichte Fransman Charles Montesquieu het concept van de scheiding der machten, wat uitgewerkt werd naar de trias politica. In de meeste landen zijn de drie machten (de trias politica) als volgt verdeeld:

 

Wetgevende macht: Deze macht stelt de wetten vast waaraan de burgers zich horen te houden. In Nederland ligt deze taak op de schouders van de regering (die bestaat uit de ministers en de koning) en het parlement (die bestaat uit de Eerste en de Tweede kamer). Vaak is het zo dat een wetsvoorstel door een minister wordt ingediend. Aan zo'n wetsvoorstel gaat een lange voorbereiding door tal van ambtenaren vooraf. Vervolgens beslist het parlement of het voorstel uiteindelijk ook daadwerkelijk een wet wordt.

 

Uitvoerende macht: De uitvoerende macht moet ervoor zorgen dat de goedgekeurde wetten precies zo worden uitgevoerd zoals de bedoeling was en in eerste plaats dat de uitvoering sowieso plaatsvindt. De verantwoordelijkheid ligt bij de ministers die richtlijnen geven aan hun ambtenaren of aan instanties die de wet zullen uitvoeren.

 

Rechterlijke macht: Deze macht bekijkt en beoordeelt of wetten op de goede manier worden nageleefd. In dit geval ligt de macht in handen van rechters. Wanneer iemand een wet overtreedt kunnen zij deze overtreder bestraffen. Rechters kunnen overigens ook situaties beoordelen waarin burgers onderling een conflict hebben.

 

De Eerste en Tweede kamer hebben veel taken en rechten: Eerste kamer:

- Recht van enquête

 

Tweede kamer:

- Recht van amendement - Recht van initiatief - Budgetrecht

- Vragenrecht

- Recht van interpellatie - Recht van enquête

 

De samenstelling van de regering In Nederland bestaat de regering uit het staatshoofd en de ministers. Iedere minister heeft voor een bepaald beleidsterrein (zijn ministerie) de verantwoordelijkheid. Voornemens qua beleid worden besproken in de ministerraad, de gezamenlijke vergadering van de ministers. Staatssecretarissen kunnen worden aangesteld voor bepaalde onderdelen van het takenpakket van een minister. Alle ministers vormen samen met de staatssecretarissen het kabinet. In tegenstelling tot het staatshoofd moet het kabinet zich wel verantwoorden voor de Eerste en Tweede kamer. Het staatshoofd In Nederland hebben we geen gekozen staatshoofd, maar een koning of koningin die zijn ouders opvolgt; een monarchie. De positie, rechten en taken van het koningshuis zijn vastgelegd in de grondwet .Nederland is dus feitelijk een constitutionele monarchie maar met een democratisch stelsel. De koning of koningin kan (in het geheim) adviezen geven.

 

De taken van de koning of koningin:

- Het voorlezen van de troonrede op Prinsjesdag

- Het plaatsen van zijn of haar handtekening onder alle wetten - Het benoemen van ministers en (in)formateurs

- Het regelmatig in overleg treden met de minister-president over het kabinetsbeleid

 

bron : http://mens-en-samenleving.infonu.nl/politiek/19772-politieke-besluitvorming-het-landsbestuur-trias-politica.html